“Dus we kunnen beter helemaal niets meer geloven of vertrouwen?” Dat is nog wel eens de eerste reactie als ik met mensen aan de slag ga met kritisch wiskundig denken. Als ik ze laat zien hoe je wiskundig naar numerieke informatie kunt kijken waar we dagelijks mee te maken hebben.
Foto door Gary Chan op Unsplash
En hoewel je dat gevoel wel eens krijgt in deze tijden vol nepnieuws is dat juist het tegenovergestelde van wat ik met kritisch wiskundig denken wil bereiken. Ik wil graag de middenweg vinden tussen
- De achtergrond checken van elk getal dat we tegenkomen.
- Elk stukje informatie wantrouwen en bij voorbaat negeren.
De eerste is tijdtechnisch onmogelijk, de tweede is het kind met het badwater weggooien.
Juist in de interpretatie van numerieke informatie kun je kritisch zijn. Kritisch wiskundig denken kan ervoor zorgen dat je informatie sneller kunt plaatsen. Dat je een inschatting kunt maken of iets wel of niet een nadere kritische blik nodig heeft. Je kunt veel gemaakte redeneerfouten herkennen. En zelfs als zo’n redeneerfout is gemaakt, hoef je niet eens altijd de bron van die informatie weg te gooien. Het betekent soms alleen dat je er een andere waarde aan toekent.
Een van de principes die ik in mijn TEDx-talk noem is onderzoek waarvan de uitkomsten in te brede termen wordt gerapporteerd. Als er gesproken wordt over de meest effectieve, efficiënte etc methode, dan loont het de moeite om uit te zoeken wat effectief of efficiënt in de context van dat onderzoek betekenden. Vaak is die ‘definitie van succes’ niet hetzelfde als je aanvankelijk dacht. Blijf je in de interpretatie van zo’n onderzoek dicht bij die definitie van succes dan kan het onderzoek je nog steeds waardevolle inzichten geven, alleen niet in de volle breedte waarin het werd gesuggereerd.
De komende maanden zal ik daar een aantal concrete voorbeelden van uitwerken.